Leven op Mars? Wat NASA moet doen om met een antwoord te komen
Een team van NASA-wetenschappers denkt te weten wat de ruimteorganisatie moet doen om bewijs voor leven op Mars te kunnen vinden. We hebben het dan over microbiologisch leven dat al eeuwen bestaat. De stralen van de zon zijn in staat kleine moleculen, zoals aminozuren, te degraderen. Aminozuren zijn de bouwstenen van het leven.
Dat gebeurt veel sneller dan in eerste instantie gedacht. Maar dergelijke moleculen zijn wel ontzettend belangrijk in het onderzoek, waardoor Mars-rovers wellicht dieper moeten graven om het bewijs te kunnen vinden. Dat laat NASA weten in een onlangs gepubliceerd bericht op zijn eigen website.
NASA wil leven op Mars vinden
Mars-rovers graven nu ongeveer tot vijf centimeter diep, schrijft Alexander Pavlov, van NASA’s Goddard Space Flight Center in Greenbelt, Maryland. Op die diepte duurt het slechts twintig miljoen jaar voordat de aminozuren volledig vernietigd zijn. Dat is tussen de Oerknal en nu, anno 2022, een zeer kleine periode aan tijd.
Wetenschappers zijn juist benieuwd naar bewijzen van leven van miljarden jaren geleden. Er was ooit een tijd waarop Mars op Aarde leek; en juist die tijd is zo interessant. Het bewijs dat NASA tot nu toe vond is helaas niet zo bruikbaar als gedacht, omdat de kwaliteit van het materiaal dus langzaamaan achteruit gegaan is.
Beschermd door een dikke atmosfeer
Ooit had Mars een dikke atmosfeer en een magnetisch veld, waardoor de planeet beschermd werd en zonnestralen minder schade konden aanrichten. Maar de rode planeet is die bescherming al miljarden jaren kwijt. In diezelfde periode beschikte Mars zelfs over vloeibaar water, wat eveneens belangrijk is voor leven.
NASA probeert met dit onderzoek te achterhalen of het leven begonnen is op Mars en of er nog bewijs ligt van een oude beschaving. Wetenschappers denken nu dat Mars-robots tot twee meter diep moeten boren om bruikbaar materiaal te kunnen vinden. De Perseverance is daartoe helaas niet in staat.
Voordat er een nieuwe robot die kant uitgaat, kunnen onderzoekers nog wat anders proberen. Ze kunnen de Mars-robots richting kraters sturen die minder dan tien miljoen jaar oud zijn. De robots krijgen dan toegang tot bodemsamples die normaliter veel dieper zitten, maar nu dus bijna voor het oprapen liggen.